Aaltjes tegen engerlingen
Het gebruik van aaltjes tegen engerlingen wint de laatste tijd aan populariteit. Dit heeft waarschijnlijk deels te maken met het feit dat chemische bestrijders niet meer zijn toegestaan. Naast dit feit zijn de Heterorhabditis bacteriophora aaltjes, indien ze goed worden ingezet, buitengewoon effectief tegen engerlingen. Hoewel de meeste gebruikers het resultaat van de kleine wormachtige reptielen interessanter vinden dan de werking, gaan we in dit artikel ook in op de werking. Hierdoor begrijp je na het lezen van dit artikel beter hoe deze nematoden werken en kun je door het goed in te zetten een beter resultaat behalen. Uiteindelijk willen we natuurlijk allemaal een gezonde en groene grasmat.
Het gedrag van de aaltjes
In het algemeen zijn er qua gedrag twee type aaltjes te onderscheiden: één hanteert een zogenaamde hinderlaag strategie, deze wachten tot een prooi langskomt en slaan dan toe. Het andere type gaat actief op zoek naar zijn prooi. De Heterorhabditis bacteriophora tegen engerlingen is er één die actief op zoek gaat naar zijn prooi.
De technische werking van aaltjes
Technisch gezien doodt de Heterorhabditis bacteriophora nematode zelf het insect niet, de echte dader is een bacteriële symbiont die het draagt. Bacteriën van het geslacht Photorhabdus zijn samen geëvolueerd tot een wederzijds voordelige samenwerking met nematoden zoals H. bacteriophora.
Wanneer de worm in een insect infiltreert, ontketent het zijn dodelijke bacteriële lading. De vrijgemaakte Photorhabdus gaat vervolgens verder met vermenigvuldigen en zet de engerlingen om in een voedselbron voor de andere aaltjes.
Enkele jaren geleden werd ontdekt dat de aaltjes ook de kleur van het insect verandert om vogels af te schrikken. Ongeveer 24 tot 36 uur nadat de engerlingen zijn gedood, begint het te gloeien en in de loop van een week verandert dit in een fel rood/roze kleur.
De effecten van aaltjes
Gunstige nematoden laten de bacteriën vrij om voedsel en een geschikte omgeving voor hun eigen voortplanting te creëren. Naarmate de voedselbronnen in de dode plaag schaars worden, verlaten de nematoden het en gaan ze onmiddellijk op zoek naar een nieuwe gastheer. Zolang er geschikte gastheren zijn, zullen nematoden blijven overleven en parasiteren in de bodem.
Wanneer aaltjes inzetten en wat zijn de juiste omstandigheden?
Omdat de Heterorhabditis bacteriophora aaltjes het meeste effect hebben op het eerste larvestadium van o.a. de Meikever, Junikever, Taxuskever en de Rozenkever moet je direct na uitvliegen/uitlopen van de kevers reageren. Afhankelijk van de keversoort (raadpleeg de verschillende soorten) gebeurt dit twee keer per jaar, meestal in het voorjaar en het vroege najaar. Naast de periode in het jaar is de temperatuur ook van invloed op de snelheid van zijn ontwikkeling. Tot slot kun je aaltjes het best bij schemering uitzetten (ze zijn gevoelig voor UV-stralen) en een vochtige ondergrond bevorderd de werking. Daarom is het verstandig om ze in te zetten net voor of na een regenbui. Probeer het gras in de dagen daarna regelmatig te sproeien.